multipel myeloom en chronische lymfatische leukemie: parallellen en contrasten
multipel myeloom (MM) en chronische lymfatische leukemie (CLL) zijn nauw verwante B-celcarcinomen. Parallelle en uiteenlopende kenmerken van deze ziekten worden beoordeeld. In MM, de uitdrukking van veelvoudige hemopoietic lijn-geassocieerde antigenen op de kwaadaardige cellen en de wezenlijke waarschijnlijkheid van vooruitgang aan scherpe myelogene leukemie suggereren transformatie van een pluripotent stamcel. In CLL, impliceert de transformatie waarschijnlijker een geëngageerde B-celvoorouder. Een ander verschil is dat klonale evolutie met bijbehorende cytogenetische progressie vaak voorkomt in MM maar niet in CLL. Andere gegevens, met inbegrip van studies van proto-oncogenen en tumorontstoringsgenen, suggereren dat MM resultaten zowel van verhoogde proliferatie als accumulatie van tumorcellen, terwijl tumorcelaccumulatie de overheersende eigenschap van CLL is. Deze verschillen kunnen worden weerspiegeld in de schijnbaar grotere rol van cytokine afwijkingen in mm progressie. Bijvoorbeeld, osteoclast-activerende eigenschappen van sommige cytokines verklaren voor botbetrokkenheid in MM maar niet in CLL. MM en CLL delen gemeenschappelijke kenmerken zoals Stadium-afhankelijke bloedarmoede en immune deficiëntie. Beide ziekten reageren op alkylerende stoffen, maar variëren sterk in hun gevoeligheid voor fludarabine (CLL groter dan MM) en glucocorticoïden (MM groter dan CLL). Verschillen tussen deze ziekten in progressievrij interval en overleving kunnen wijzen op verschillende definities van premaligne en maligne fasen in plaats van biologische verschillen. De gedetailleerde vergelijkingen tussen MM en CLL kunnen extra inzicht in deze en verwante B-cel kanker verstrekken.