melk is een hoofdbestanddeel van onze voeding voor velen van ons. De veelzijdigheid van melk betekent dat het kan worden gebruikt voor een scala aan zuivel toepassingen, zoals kaas, boter en yoghurt, maar ook bij het bakken.

Het is een goede bron van calcium en energie. We nemen een korte blik op de geschiedenis van melk en onderzoeken het caloriegehalte, het koolhydraatgehalte en een mogelijke link met type 1 diabetes.

voor informatie over moedermelk en diabetes zie diabetes en borstvoeding

Melkgeschiedenis en verwerking

menselijke consumptie van melk van zoogdieren, zoals koeien, schapen en geiten, dateert van enkele duizenden jaren. in de jaren 1860 onderging de melkconsumptie een verandering toen Louis Pasteur ‘pasteurisatie’ ontwikkelde, een proces van het verwarmen van voedsel en drank om potentieel schadelijke bacteriën binnen te doden.

homogenisatie is een ander proces dat wordt gebruikt bij de bereiding van melk en waarbij room van de melk wordt gescheiden.

in de huidige tijden is koemelk de meest voorkomende bron van melk in onze diëten

melk en caloriegehalte

de calorieën in melk zijn voornamelijk afkomstig van koolhydraten, eiwitten en vetten. Met magere melk wordt het overgrote deel van het vet verwijderd, wat ongeveer de helft van het aantal calorieën oplevert.

het aantal calorieën in een halve pint melk varieert van ongeveer 90 calorieën voor magere melk tot 190 calorieën voor volle melk. Ter vergelijking, een halve pint suikerhoudende cola heeft ongeveer 120 calorieën.

melk en bloedglucosespiegels

een halve pint melk bevat ongeveer 13 g koolhydraten. Ter vergelijking, een halve pint suikerhoudende cola heeft ongeveer 30g koolhydraten.

Als u een glas melk drinkt, moet u zich ervan bewust zijn dat dit uw bloedglucosespiegels tot op zekere hoogte zal verhogen. Vanwege het vetgehalte zal volle melk de neiging hebben om de bloedsuikerspiegel iets minder snel te verhogen dan magere melk, maar houd rekening met de extra calorieën.

mensen met type 1 diabetes moeten rekening houden met het koolhydraatgehalte van melk als ze een glas melk hebben.

tenzij u zeer melkachtige thee of koffie heeft, is het koolhydraat van melk dat aan thee of koffie wordt toegevoegd waarschijnlijk 1-2 g koolhydraten of minder.

melk-en lactose-en caseïnetoleranties

dierlijke melkbronnen bevatten lactose, een vorm van koolhydraten die in de dunne darm wordt afgebroken tot glucose. Mensen met een lactose-intolerantie zijn minder in staat om lactose af te breken, wat betekent dat lactose verder door het spijsverteringsstelsel gaat en gefermenteerd wordt door darmbacteriën, wat problemen kan veroorzaken zoals een opgeblazen gevoel, winderigheid en diarree

mensen met lactose-intolerantie moeten lactose-bevattende levensmiddelen, voornamelijk zuivel, vermijden of aanzienlijk beperken om te voorkomen dat de symptomen optreden. Als u een hogere mate van lactose-intolerantie heeft, moet u mogelijk ook voedingsmiddelen met kleinere hoeveelheden lactose, waaronder soepen, brood en saladedressings, vermijden of beperken.

caseïne is een eiwit dat in melk wordt aangetroffen en waarvoor sommige mensen intolerant zijn. Caseïne heeft overeenkomsten met gluten, het eiwit in tarwe. Mensen die niet verdragen of allergisch zijn voor caseïne kunnen een reactie krijgen die kan bestaan uit ademhalingsmoeilijkheden, het ontwikkelen van huiduitslag en/of zwelling van de mond.

Er zijn een aantal vervangingsmiddelen die in plaats van melk kunnen worden gebruikt, zoals soja, kokosnoot of amandelmelk.

melk en type 1 diabetes

koemelk is in verband gebracht met een verhoogde incidentie van auto-immuunziekten, waaronder Type 1 diabetes

onderzoek heeft uitgewezen dat de aanwezigheid van koeieninsuline in koemelk leidt tot een verhoogd aantal autoantilichamen die het risico op type 1 diabetes verhogen. Het onderzoek is nog niet overtuigend genoeg om gezondheidsaanbevelingen over het drinken van koemelk te veranderen.